Deze paragraaf geeft informatie over de mate waarin de gemeente in staat is financiële tegenvallers op te vangen.
In het ‘Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten’ is aangegeven dat het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en alle niet-kwantificeerbare risico's.

  • De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken respectievelijk niet-voorziene daling van inkomsten te compenseren.
  • Niet gekwantificeerde risico's zijn gebeurtenissen waaraan geen bestuurskeuze ten grondslag ligt en waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot het balanstotaal of de financiële positie.

In deze paragraaf is opgenomen:

  • een overzicht van de vermogenspositie en financiële kengetallen;
  • een inventarisatie van de geraamde en werkelijke weerstandscapaciteit;
  • een overzicht van de risicogebieden zoals opgenomen in de programmabegroting 2017;
  • de verantwoording van de genomen beheersmaatregelen per risicogebied in 2017;
  • de verantwoording van de daadwerkelijke financiële schade per risicogebied in 2017.

Vermogenspositie

Om een inzicht te geven in de vermogens- en liquiditeitspositie van de gemeente is hieronder de verwachte balans per 1 januari 2016 en 2017 gegeven.

ACTIVA

Rekening

Begroting

Rekening 

31-12-2016

31-12-2017

31-12-2017

Vaste activa

Immateriële vaste activa

526

0

1.170

Materiële vaste activa

71.916

43.819

73.830

Financiële vaste activa

- Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen

77

77

77

- Leningen aan woningbouwcorporaties

7.393

6.346

6.346

- Overige langlopende geldleningen

2.141

1.655

2.076

- Uitzettingen met een looptijd > 1 jr

650

502

502

Totaal vaste activa

82.703

52.399

84.001

Vlottende activa

- Onderhanden werk (BIE)

26.396

59.725

18.217

- Niet in expl. Bouwgr (NIEGG)

0

0

0

- Grond- en hulpstoffen

0

0

0

- Voorraad

8

0

13

- Uitzettingen looptijd < 1 jaar

19.835

6.500

21.435

- Liquide middelen

440

400

435

- Overlopende activa

214

100

447

Totaal vlottende activa

46.893

66.725

40.547

Totaal activa

129.596

119.124

124.548

PASSIVA

Rekening

Begroting

Rekening 

31-12-2016

31-12-2017

31-12-2017

Vaste passiva

Eigen vermogen

- Algemene reserves

30.848

30.876

16.560

- Bestemmingsreserves

68.139

31.511

77.208

- Dekkingsreserves

27.640

- Resultaat

1.023

0

2.486

Totaal eigen vermogen

100.010

90.027

96.254

Voorzieningen

13.660

9.988

13.487

Vaste schulden (looptijd > 1 jaar)

3.841

1.916

2.066

Totaal vreemd vermogen lang

17.501

11.904

15.553

Vlottende passiva

- Netto vlottende schulden (looptijd < 1 jr)

7.474

13.193

8.405

- Overlopende passiva

4.611

4.000

4.336

Totaal vlottende passiva

12.085

17.193

12.741

Totaal passiva

129.596

119.124

124.548

Kengetallen financiële positie Best

Op grond van artikel 11 van het Besluit Begroting en Verantwoording zijn gemeenten verplicht om onderstaande kengetallen op te nemen in begroting en jaarrekening. Met behulp van deze kengetallen kan een indicatie worden gegeven van onze financiële positie.

Kengetallen financiële positie (cijfers per 31-12)

Rekening 2016

Begroting 2017

Rekening 2017

Netto schuldquote

-6,7%

18,7%

-11,3%

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

-18,9%

5,4%

-23,2%

Solvabiliteitsrisico

77,2%

75,6%

77,3%

Structurele exploitatieruimte

1,0%

1,7%

-0,3%

Grondexploitatie

33,9%

92,0%

25,7%

Belastingcapaciteit

91,8%

92,5%

92,5%

Toelichting gehanteerde kengetallen

  • Netto schuldquote (%):
    biedt inzicht in het niveau van de schuldenlast ten opzichte van de eigen middelen. Hoe lager het percentage is, hoe gunstiger de financiële positie.  De netto schuldquote kwam in 2017 uit op -11,3%. Dit is gunstiger dan geraamd omdat er in de begroting 2017 vanuit werd gegaan dat er een financieringstekort zou zijn. In werkelijkheid was er sprake van een financieringsoverschot van ruim € 12,81 miljoen.
  • Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen:
    wordt berekend overeenkomstig de netto schuldquote, vermeerderd met leningen aan openbare lichamen, woningbouwcorporaties, deelnemingen en overige verbonden partijen. Dit kengetal houdt ook rekening met de risico's die gelopen worden bij voornoemde partijen. Hoe lager het percentage is, hoe gunstiger de financiële positie. De gecorrigeerde netto schuldquote kwam in 2017 uit op -23,2%. Dit is gunstiger dan geraamd omdat er in de begroting 2017 vanuit werd gegaan dat er een financieringstekort zou zijn. In werkelijkheid was er sprake van een overschot van ruim € 12,81 miljoen.
  • Solvabiliteitsratio (%):
    geeft inzicht in hoeverre we in staat zijn om aan de financiële verplichtingen op lange termijn te voldoen. Berekend is het eigen vermogen gedeeld door het totale vermogen. Hoe hoger het percentage, hoe beter we in staat zijn om aan onze toekomstige financiële verplichtingen te voldoen. Anders gesteld: hoe hoger ons eigen vermogen is ten opzichte van het totale vermogen, hoe beter we in staat zijn om onze verplichtingen op de lange termijn na te komen. De solvabiliteitsratio van 77,3% is hoger dan geraamd.
  • Structurele exploitatieruimte (%):
    dit kengetal berekent de structurele baten minus lasten, gecorrigeerd met structurele mutaties in reserves gedeeld door de totale baten gecorrigeerd met structurele mutaties in reserves uitgedrukt in een percentage. Hoe hoger het percentage, hoe meer ruimte er is voor structurele uitgaven. In financieel opzicht moet ernaar worden gestreefd om structurele lasten zoveel mogelijk af te dekken door structurele baten. Een positief percentage geeft aan dat sprake is van een gezonde balans tussen de structurele uitgaven en de structurele baten.

Er is sprake van een negatief saldo (-0,3%) structurele exploitatieruimte. Dit wordt veroorzaakt door uitgaven in het sociaal domein die in 2017 nog gedekt worden door een incidentele bijdrage uit de reserves.

  • Grondexploitatie (%):
    geeft de verhouding weer tussen de waarde van gronden ten opzichte van de totale baten exclusief mutaties in de reserves. Investeringen in grondexploitaties worden verwerkt in de waarde van de gronden en verhogen onze risico's (en verhogen de waarde van het kengetal). Gerealiseerde verkoopopbrengsten verlagen de waarde van de gronden (en verlagen de waarde van het kengetal). Best heeft op dit moment relatief veel bouwgronden in exploitatie. Op basis van de kwalificatie van het Rijk lopen we relatief veel risico op onze grondexploitaties. Bij verkoop van de bouwgronden neemt het risico af. Vanwege gewijzigde BBV-voorschriften zijn gronden die voorheen als niet in exploitatie genomen gronden werden verwerkt in dit kengetal (de NIEGG's) overgeheveld naar  de materiële vaste activa. Materiële vaste activa maken geen onderdeel uit van dit kengetal. Het "verhuizen" van de niet in exploitatie genomen gronden naar de materiële vaste activa is de voornaamste oorzaak dat de risico's op de (werkelijk) in exploitatie genomen grondexploitaties zijn verlaagd.
  • Belastingcapaciteit (%):
    vergelijkt de lokale lastendruk van een meerpersoons-huishouden in Best met gemiddelde WOZ-waarde voor OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing met de gemiddelde landelijke lastendruk voor een meerpersoons-huishouden met gemiddelde WOZ-waarde voor OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing. Het percentage kwam in 2017 uit op 92,5%, waarmee de lokale lastendruk 7,5% onder het landelijk gemiddelde lag. Dit is gelijk aan de raming.

Kwalificatie financiële positie

De berekende kengetallen zijn op basis van normen van het Rijk in te delen in 3 categorieën:

  • categorie A: minst risicovol;
  • categorie B: gemiddeld risicovol ;
  • categorie C: meest risicovol.

In onderstaande tabel worden de kengetallen van Best naast de normen van het Rijk gezet en voorzien van een kwalificatie:

Categorie A

Categorie B

Categorie C

Kengetal rekening Best 2017

Kwalificatie Best rekening 2017

Netto schuldquote                       

< 90%

tussen 90% en 130%

> 130%

-11,3%

A

Netto schuldquote gecorrigeerd 

< 90%

tussen 90% en 130%

> 130%

-23,2%

A

Solvabiliteitsratio

> 50%

tussen 20% en 50%

< 20%

77,3%

A

Structurele exploitatieruimte

> 0%

0%

< 0%

-0,3%

C

Grondexploitatie*

< 20%

tussen 20% en 35%

> 35%

25,7%

B

Belastingcapaciteit

< 95%

tussen 95% en 105%

> 105%

92,5%

A

* zie de toelichting op het kengetal grondexploitatie.

Weerstandscapaciteit

De weerstandscapaciteit van onze gemeente is als volgt opgebouwd:

  • de onbenutte belastingcapaciteit;
  • de in de begroting opgenomen stelpost voor onvoorziene uitgaven;
  • de algemene reserves;
  • stille reserves, zijnde het verschil tussen de liquidatiewaarde en de boekwaarde van activa.

In de onderstaande tabel is de weerstandscapaciteit van de gemeente Best weergegeven (bedrag x € 1.000)

Weerstandscapaciteit

Geraamd 1-1-2017

Werkelijk 1-1-2017

Werkelijk 31-12-2017

Exploitatie 2017:

  • onbenutte belastingcapaciteit OZB

€ 3.471

€ 3.574

€ 3.698

  • stelpost voor onvoorziene uitgaven

€ 49

€ 23

€ 16

Vermogenssfeer 2017:

  • algemene reserves

€ 28.558

€ 30.848

€ 16.560

  • stille reserves

€ 1.649

€ 1.649

€ 1.858

Totaal vermogenssfeer

€ 30.207

€ 32.497

€ 18.418

Voor het afdekken van risico's wordt alleen de weerstandscapaciteit in de vermogenssfeer gebruikt.
Risicogebieden en schades
De kwantificeerbare risico's zijn door de vorming van voorzieningen afgedekt. De volgende niet-gekwantificeerde risico's moeten worden bezien in relatie tot het financiële weerstandsvermogen en zijn in de programmabegroting 2017 benoemd:

  • werkloosheidsuitkeringen, wachtgeldverplichtingen personeel;
  • verstrekte of gewaarborgde geldleningen;
  • gemeenschappelijke regelingen;
  • aansprakelijkheid en schadevergoedingen;
  • uitkering gemeentefonds (inwonersgroei en woningbouw);
  • overtreding wet- en regelgeving;
  • milieu;
  • molen de Volharding;
  • open eindregelingen in het sociaal-maatschappelijke domein;
  • grondexploitatie algemeen.

In deze programmarekening volgt de verantwoording per risicogebied over:

  • de belangrijkste ontwikkelingen;
  • de genomen beheersmaatregelen;
  • de mate waarin schade in de vorm van onverwachte kosten daadwerkelijk is ontstaan.

Werkloosheidsuitkeringen, wachtgeldverplichtingen personeel
In 2017 zijn geen extra beheersmaatregelen op dit terrein genomen.
In 2017 is er voor € 51.300 schade ontstaan door onverwachte kosten.

Verstrekte of gewaarborgde geldleningen
In 2017 zijn geen extra beheersmaatregelen over de uitstaande leningen en verstrekte garanties genomen.
In 2017 hebben zich geen financiële schades voorgedaan.

Gemeenschappelijke regelingen

In 2017 zijn geen nieuwe beheersmaatregelen genomen.

Er is in 2017 geen sprake van directe schade bij een van de gemeenschappelijke regelingen.

Aansprakelijkheid en schadevergoedingen

In 2017 zijn geen nieuwe beheersmaatregelen genomen.
Er is in 2017 een totale schade wegens het betalen van kosten eigen risicodrager en kosten van eigen risico's bij verzekeringen voor een bedrag van € 26.546 ontstaan. Dit is een verdubbeling van het schadebedrag van 2016. Redenen zijn een versobering van het kwaliteitsniveau van de openbare ruimte, hogere eigen risico's, diefstal en vandalisme.

Uitkering gemeentefonds (inwonersgroei en woningbouw)
In 2017 zijn 144 woningen opgeleverd ten opzichte van 160 geraamde woningen.
Het inwonersaantal bedraagt per 31 december 2017 29.496. Dat is 257 meer dan de raming van 29.239 inwoners.
Conclusie: beide effecten heffen elkaar op als het gaat om  de algemene uitkering van het gemeentefonds voor 2017.

In 2017 is geen aanvullende beheersmaatregel uitgevoerd om risico's tegen te gaan.
Er is in 2017 geen directe schade ontstaan.

Overtreding wet- en regelgeving

In 2017 is als beheersmaatregel veel aandacht besteed aan het verhogen van het bewustzijn op het gebied van informatisering en privacy.
Er is in 2017 geen schade ontstaan.

Milieu
Op een locatie is in 2017 de bodemverontreiniging gesaneerd. De kosten zijn binnen het budget gebleven.

Tussen de Brabantse gewesten en gemeenten als opdrachtgevers resp. Attero Zuid B.V. als opdrachtnemer bestond een geschil over de naheffing voor het aanleveren en verwerken van brandbaar restafval in de periode 2011- 2014. Tot in hoogste instantie is Attero in het ongelijk gesteld. Hiermee is een claim van € 120.000 vervallen.

In 2017 zijn extra beheersmaatregelen genomen om de hoeveelheid restafval te verminderen.
Er is in 2017 geen directe schade ontstaan.

Molen de Volharding

In 2017 zijn geen nieuwe beheersmaatregelen genomen.
Er is in 2017 geen schade ontstaan.

Open eindregelingen in het sociaal-maatschappelijke domein
Bij gemeentelijke taken in het sociaal-maatschappelijke domein zijn bepaalde risico's in onvoldoende mate afgedekt, omdat de rijksbijdrage niet altijd volledig dekkend is. Daarbij geven de open eindregelingen extra financiële risico's, omdat sturen op de in- en uitstroom moeilijk is. Voorbeelden zijn de Participatiewet, Wmo en Jeugdzorg.

In 2017 is een groot pakket aan nieuwe beheersmaatregelen voor het sociaal-maatschappelijk domein door de raad vastgesteld om financiële risico's te verminderen.
Binnen de Jeugdzorg is een nieuwe productdienstcatalogus in de overeenkomsten met zorgaanbieders opgenomen. Daarmee staat de prijs per product bij de start van de overeenkomst met de zorgaanbieder vast.

In 2017 is over het gehele sociaal-maatschappelijke domein een overschot van ongeveer € 87.000 ontstaan. De verschillen zijn in de programma's 5, 7 en 8 toegelicht. Er is geen sprake van andere schade.

Grondexploitatie algemeen

De boekwaarde van de grondexploitaties moet worden terugverdiend door toekomstige opbrengsten uit grondverkoop. Als blijkt dat dit niet mogelijk is, moet een voorziening worden getroffen om de toekomstige verliezen op te vangen. Op basis van de geactualiseerde grondexploitaties per 1-1-2018 worden de nadelige planresultaten geraamd op € 18.090.000. Voor dit bedrag is een voorziening getroffen. Dit is een mutatie van € 1.862.000 ten opzichte van de voorziening per 1-1-2017. Dit bedrag komt ten laste van de risicoreserve grondexploitaties.

In het vernieuwde BBV per 1-1-2016 is de ‘percentage of completion’ methode voorgeschreven voor het tussentijds winst nemen bij positieve grondexploitaties. Het nemen van tussentijdse winst is daarmee geen keuze maar een verplichting (realisatiebeginsel). Hieraan zijn wel voorwaarden verbonden (voorzichtigheidsbeginsel). Deze methode houdt rekening met de fase waarin de grondexploitatie verkeert. Naar rato van de voortgang van het project wordt tussentijds winst verantwoord. Op basis van deze methode wordt de tussentijdse winst in 2017 berekend op € 1.263.000. Dit bedrag komt ten gunste van de risicoreserve grondexploitaties.

In het kader van de periodieke risico-inventarisatie zijn de risico's in de grondexploitaties (in uitvoering en in voorbereiding) geactualiseerd. Met name bij de grondexploitaties in voorbereiding hebben wij de risico's hoger ingeschat. Dit leidt tot een extra storting in de bestemmingsreserve grondexploitaties van € 10.128.800. Dit is in de jaarrekening 2017 verwerkt. De beheersing van deze risico's heeft onze volledige aandacht.

Beheersen van risico's

In 2017 zijn de risico's opnieuw geïnventariseerd en vastgelegd in de programmabegroting 2018. Hierbij is een risico-inventarisatie grondexploitatie uitgevoerd en met uw raad gedeeld.